Waarom mensen managers verlaten, niet organisaties

Het is een bekend adagium in de zakenwereld: mensen sluiten zich aan bij organisaties, maar verlaten managers. Deze uitspraak onthult een diepe waarheid over de kern van leiderschap versus louter management. Leiderschap gaat niet alleen over het sturen van processen en het behalen van resultaten; het gaat over het begrijpen en koesteren van de menselijke kant van het werk.

Stel je voor: je hebt een team dat technisch bekwaam is, deadlines haalt, en ogenschijnlijk succesvol is. Maar onder de oppervlakte broeit er iets. Er is een onzichtbare, maar tastbare barrière die teamleden ervan weerhoudt hun volle potentieel te bereiken. Deze barrière? Een manager die wellicht efficiënt is, maar niet inspireert of motiveert.

Een effectieve manager doet meer dan taken toewijzen en prestaties evalueren. Een echte leider erkent de unieke bijdragen van elk teamlid, biedt ondersteuning en ontwikkelingsmogelijkheden, en creëert een omgeving waarin mensen kunnen groeien. Dit vereist emotionele intelligentie, empathie, en het vermogen om vertrouwen en respect op te bouwen.

Een manager die enkel focust op resultaten en processen, mist de kans om een positieve, stimulerende werkomgeving te creëren. Het gevolg? Getalenteerde individuen zoeken elders naar kansen waar hun inspanningen worden erkend en gewaardeerd. Niemand wil de manager zijn die mensen wegjaagt, noch wil men werken voor zo’n manager.

Het goede nieuws is dat leiderschapsvaardigheden aangeleerd en ontwikkeld kunnen worden. Het begint met zelfbewustzijn, het luisteren naar feedback, en het streven naar continue verbetering. Het vereist een verschuiving van een transactionele naar een transformationele benadering, waarbij de focus ligt op het motiveren en inspireren van mensen, in plaats van enkel het managen van taken.

In een tijd waarin de strijd om talent heviger is dan ooit, is het essentieel voor organisaties om leiders te koesteren die niet alleen uitblinken in hun vakgebied, maar ook in het betrekken en behouden van hun team. Want aan het eind van de dag zijn het de mensen die een organisatie maken of breken.

Focus op het belangrijkste

Stephen Covey, een toonaangevende denker op het gebied van leiderschap en persoonlijke ontwikkeling, herinnerde ons aan een fundamenteel principe: “De hoofdzaak is om de hoofdzaak de hoofdzaak te houden.” Dit eenvoudige, doch krachtige advies raakt aan de kern van zowel persoonlijke als professionele effectiviteit.

In een wereld vol afleidingen en een constant bombardement van informatie, is het gemakkelijk om van ons pad af te dwalen. We raken verstrikt in de waan van de dag, in de kleine dingen die, hoewel misschien urgent, niet essentieel zijn voor onze uiteindelijke doelen en waarden. Covey’s advies nodigt ons uit om terug te keren naar onze basis, om onszelf te heroriënteren op wat echt belangrijk is.

Maar hoe houden we de hoofdzaak de hoofdzaak? Ten eerste, door duidelijk te definiëren wat onze ‘hoofdzaak’ is. Dit vereist zelfreflectie en eerlijkheid. Wat zijn onze kernwaarden? Wat zijn onze lange-termijndoelstellingen? Vervolgens is het essentieel om onze tijd en middelen rond deze kernpunten te organiseren. Dit betekent soms nee zeggen tegen afleidingen en ja tegen activiteiten die ons dichter bij onze doelen brengen.

Het is ook belangrijk om regelmatig te evalueren of we op koers blijven. Dit kan door middel van zelfevaluatie of door feedback van anderen. Zijn de taken waaraan we werken, de projecten die we leiden, de relaties die we koesteren, echt in lijn met onze hoofdzaak?

Covey’s advies is niet alleen een richtlijn voor productiviteit; het is een recept voor een betekenisvol leven. Door de hoofdzaak de hoofdzaak te houden, creëren we een leven dat weerspiegelt wie we werkelijk zijn en wat we echt willen bereiken.